Ambtelijke en netwerkcapaciteit frustreren noodzaak woningbouw
FruitDelta Rivierenland was gisteren aanwezig bij een ontmoeting van de provincie Gelderland en andere Gelderse regio’s met een aantal Tweede Kamerleden en beleidsmedewerkers van politieke partijen over de voorwaarden om tienduizenden nieuwe woningen te kunnen bouwen. De vraag die boven tafel hing: Hebben gemeenten eigenlijk wel voldoende capaciteit om nieuwe woningen te kúnnen bouwen?
Woondeal
Op 8 maart 2023 zetten de provincie Gelderland, alle regio’s en minister Hugo de Jonge een handtekening onder de Woondeals. In de Woondeal Regio Rivierenland staat dat tot 2030 12.940 nieuwe woningen worden gebouwd. Om deze woningen te kunnen bouwen, zijn vijf zaken belangrijk: extra geld om woningen betaalbaar te realiseren (dat worden de ‘onrendabele toppen’ genoemd), extra geld voor bereikbaarheid, ambtelijke capaciteit (om de bouwplannen in alle gemeenten voor te kunnen bereiden), stikstofruimte (om daadwerkelijk te kúnnen bouwen) en voldoende capaciteit op het elektriciteitsnet (want het net zit nu al overvol).
Het gesprek in Harderwijk ging in het bijzonder over de ambtelijke en elektriciteitscapaciteit.
Ambtelijke capaciteit
De bijeenkomst werd geopend door gedeputeerde Dirk Vreugdenhil. Vervolgens maakten de regio’s – aan de hand van cijfers – duidelijk wat er aan ambtelijke capaciteit nodig is om de woningbouwopgave uit te kunnen voeren. Namens Regio Rivierenland vertelde beleidsadviseur Wonen Glenn van der Vleuten van de gemeente West Maas en Waal dat voor de nieuwbouwprojecten in deze gemeente tenminste vier nieuwe ambtenaren nodig zijn. Als dat niet gebeurt, is de gemeente genoodzaakt zo’n 30% van de geplande nieuwbouwwoningen door te schuiven naar een later moment of, in het slechtste geval, een projectstop af te kondigen.
Gekwalificeerd personeel
Aan tafel werd van gedachten gewisseld over wat nodig is om dit wél te kunnen organiseren: geen incidentele, maar structurele middelen voor personeel, vereenvoudigen van procedures en regelingen (bijvoorbeeld rondom flexwonen en subsidieaanvragen) en temporiseren van de Woondeal-opgave. En het gedeelde dilemma: hoe kom je aan voldoende gekwalificeerd personeel die zowel door de markt als de overheid worden gezocht, hoe behoud je mensen en zorg je voor voldoende toestroom uit opleidingen (‘aantrekkelijk werkgeverschap’ en een aantrekkelijke branche)?
Capaciteit op het net
Het tweede deel van de ontmoeting stond in het teken van de netcapaciteit. Marcel Doyer en Fleur van der Schalk van Liander vertelden dat voor de woningbouw op de Veluwe extra onderstations nodig zijn (waar elektriciteit met een hoog voltage wordt getransformeerd naar een voltage om in woningen te kunnen toepassen). Dit onderstation kan niet worden uitgebreid, omdat bij het plaatsen van nieuwe transformatoren teveel stikstof vrijkomt (terwijl de bouw van de transformator zélf helemaal elektrisch gebeurt en dus géén stikstof oplevert). Als het onderstation niet kan worden uitgebreid, wordt het erg lastig nieuwe woningen (en bedrijven) te kunnen bouwen en aan te kunnen sluiten op het elektriciteitsnet.
Nationale woningbouwopgave
De Kamerleden Roelof Bisschop (SGP), Peter de Groot en Erik Haverkort (VVD) en de beleidsmedewerkers Sander Bossenbroek (SGP), Sjoerd Postma en Tjerk Zeitsen (BBB) begrepen dat provincie, regio’s én gemeenten van harte willen meewerken aan het oplossen van de nationale woningbouwopgave, maar dat dit zonder voldoende ambtelijke capaciteit en elektriciteit erg lastig is.